Stag kan ook mannelijk zijn, het is de naam van een vogel. Hieronder staan enkele voorbeelden. In de meeste gevallen kun je dus op je gehoor afgaan. In veel samenstellingen en afleidingen gebruiken we een tussenklank: in bijvoorbeeld boeke(n)bon, panne(n)koek en wolke(n)loos is een uh-klank hoorbaar. Verschillen tussen het Nederlands in Nederland, Suriname en Vlaanderen, https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Meervoud_(Nederlands)&oldid=58175751, Creative Commons Naamsvermelding/Gelijk delen. In plaats van een stuk speelgoed zegt men wel een speeltje. Het omgekeerde doet zich ook voor: een woord dat op -en eindigt maar oorspronkelijk geen meervoud is, werd gaandeweg als meervoud opgevat, waarna er een nieuwe enkelvoudsvorm ontstaat: In de volgende gevallen is het enkelvoud op -en ook als meervoud opgevat, maar zonder dat er een nieuw enkelvoud ontstond: Enige woorden die oorspronkelijk uit het Oudgrieks komen, kennen in het Nederlands nog het Griekse meervoud. De hoofdpersoon (het onderwerp) van een zin kan meervoud of enkelvoud zijn. 2/3 deel van de leerlingen spijbelt weleens. In het Nederlands gelden verschillende grammaticale regels en uitzonderingen voor meervoudsvorming bij zelfstandige naamwoorden. Uitzonderingen op deze regels zijn: bloemenmannen, groentemannen, huismannen, medicijnman, melkmannen, paardenmannen, schillenmannen, vismannen, wasmannen. Een Alp bestaat nog, de Alpen bestaan uit veel bergen die elk Alp heten, maar een Pyrenee en een Baleaar bestaan niet. Als je het onderwerp van getal verandert (enkelvoud=>meervoud) moet de persoonsvorm mee veranderen (zie ook: congruentie). Die vorm is fout, want we hebben daar te maken met een dubbel meervoud. Komt er een ander woord tussen het getal en het zelfstandig naamwoord, dan is het meervoud verplicht: zes vervelende uren, twintig Engelse ponden. Het juiste meervoud is fora óf forums en medici. Maar als je concrete aantallen noemt, bepaalt dat of het meervoud is: © 2010 - Beter Spellen is een initiatief van, 2010 - Beter Spellen is een initiatief van. Ik moet de trein nog halen. $ is het dollarteken. De helft van de bevolking is werkloos. Het lidwoord bestaat bijvoorbeeld in veel talen niet. Sommige woorden hebben geen meervoud (singulare tantum). bij zelfstandignaamwoordgroepen: de vormkenmerken die aangeven dat het betreffende naamwoord op meer dan één zaak betrekking heeft. Als je een fout hebt gemaakt, klik je op de komma en probeer je het gewoon nog een keer. Sommige mensen vinden dat 'een aantal' enkelvoud is omdat het om één aantal gaat. Wij zoeken dat op CambiumNed op. Wij moeten de trein nog halen. Zowel kwaliteitcontrole als kwaliteitscontrole is juist. Veel beroepsnamen die in het enkelvoud eindigen op -man, krijgen in het meervoud in plaats daarvan -lieden of -lui. Het regelmatige meervoud op -mannen is meestal ook toegestaan en heeft bij nieuwe woorden (zoals ombudsman, barman) doorgaans de voorkeur. Rijmplaatjes (van Natasja). Veel van deze woorden zijn onzijdig, sommige zijn mannelijk (hieronder met (m)). 'k Begrijp er niets van. Het zijn onder andere de onzijdige woorden met de meervoudsuitgang -eren. Visspel deel 1 Visspel deel 2 Visspel deel 3. Het gaat om de volgende woorden: † In tegenstelling tot wat de schrijfwijze doet vermoeden, is de ee de open versie van i. Wat eenheden van tijd betreft: dit geldt alleen voor, beleg (als synoniem van "belegering") - belegeringen, raad (advies) - raadgevingen, maar: raad (college) - raden, auto – auto’s (maar de klinker wordt verdubbeld in, kievit - kieviten (ook: kieviet - kievieten), -bod - -boden (in de woorden 'verbod' en 'gebod', het woord 'bod' heeft geen meervoud), blad - bladen (blaadje), bladeren, blaren (het laatste is ook het meervoud van 'blaar'), dag - dagen (m) (ook open klinkers in: daags, dagelijks, vandaag), -drag - -dragen (in de woorden 'bedrag' en 'verdrag'), glas - glazen (glaasje) (ook open klinkers in: glazig, glazenier), kot - koten (België) (naast het meervoud 'kotten'), -lof - -loven (in de woorden 'verlof' en 'oorlof', het woord 'lof' heeft geen meervoud), lot - loten (lotje, lootje) (ook meervoud van 'loot'), pad - paden (paadje) (smalle weg - het meervoud van pad (amfibie) is padden), rif - reven † (enkel in de betekenis 'een strook van een zeiloppervlak dat opgevouwen kan worden'), schot (bijvoorbeeld met een vuurwapen) - schoten, slag - slagen (m,o) (ook open klinker in: slaags), slot (einde, kasteel, sluitingsmechanisme) - sloten (ook meervoud van 'sloot'), spel - spelen (het meervoud van het spelmateriaal is 'spellen'), staf - staven (staafje) (is ook meervoud van 'staaf'), tred - treden (m) (is ook het meervoud van 'trede'), vat - vaten (vaatje) (in de betekenis 'ton', meervoud van handvat is handvatten), weg - wegen (m) (ook open klinker in: weegs), doctor - doctoren / doctors (meervoud van het vernederlandste, transformator - transformatoren / transformators, been - beenderen (botten) (ook: benen (ledematen)), blad - bladeren (van planten) (ook: bladen (papier)), kleed - kle(de)ren (kledingstukken) (ook: kleden (vloerbedekking)), volk - volkeren (naties) (ook: volken (populaties)), Oorspronkelijk schoe - schoen; thans alleen schoen - schoenen, Oorspronkelijk tee - teen; thans alleen teen - tenen, Correct biel - biels; thans ook biels - bielzen, maar niet biel - bielzen, Correct rail - rails; soms gehoord, maar niet erkend rails - railzen, Oorspronkelijk cyclamen - cyclamens; thans meestal cyclaam - cyclamen, het gluten - de gluten; er zitten gluten in dat brood (juister: er zit...), het pollen - de pollen; pollen veroorzaken hooikoorts (juister: veroorzaakt), politicus - politici (zowel mannen als vrouwen; zie medicus & musicus), medium - media (medium (persoon) - mediums), quaestor - quaestores (quaestors, quaestoren), bewindsman - bewindslieden, bewindslui, bewindsmannen, politieman - politielui, politielieden, politiemannen, timmerman - timmerlui, timmerlieden, timmermannen, tuinman - tuinlui, tuinlieden, tuinmannen, visserman - visserlui, visserlieden, vissermannen, voddenman - voddenlui, voddenlieden, voddenmannen, voerman - voerlui, voerlieden, voermannen, vogelman - vogellui, vogellieden, vogelmannen.